Preek over moerbeiboom

18 april 2023 - Delft, Nederland

boom 

Ik heb hoop dat ik een keer mag spreken voor een groep mensen waarvoor Matthew Helland mij zal laten spreken. Ik denk dat ik een woord heb voor de groep mensen waarvoor hij me zet.  Ik wil dit woord brengen via de jam die ik tijdens onze ontmoeting heb gegeten in een Turks restaurantje in Amsterdam in april.

.3f200eb7-c636-40ff-9239-653c6e9b7dcf

 Het is maandagochtend ik zit in Amsterdam met Matthew en zijn vrouw Femke te praten. Deze ochtend heb ik in Delft een pastors ontbijt gefaciliteerd bij ons in de zaak. Een bijzonder gezelschap. Een moment waarop ik me ook weer zo totaal een niemand voelt. Na de tafel voor de 5 keer groter gemaakt te hebben blijft er geen plek over voor mij, het geeft niet, toch vind ik dit samenzijn een bijzonder moment. In mijn hoofd gaan er tal van mogelijkheden voorbij waarin dit moment veel krachtiger gemaakt zou kunnen worden. Maar ik hou me in, tien minuten voor het einde stelt de organisator voor om een voorstelrondje te doen. We sluiten af met een gezamenlijk Het Onze Vader te bidden. Ik kan het niet laten om te zeggen "Als we al gezamenlijk het onze Vader kunnen bidden hoeveel te meer zouden we nog meer gezamenlijk kunnen doen in Delft". Jezus gaat terug komen. Laten we de netten groter maken. Kom op!

Aan tafel in het Turkse restaurant zoeken we met zijn 4e onze verbinding.  Beide gemeentes delen het verlangen om de mensen vanuit duisternis naar het licht te halen. Laten we voor Nederland gaan. Laten we opzoek gaan naar de steden. Laten we op zoek gaan naar diegene die anders drinken. Zoals bij de Gideonieten. 

De tafel wordt gevuld bakje na bakje mandje na mandje pannetje na pannetje en al heel snel staat de hele tafel vol. Het Turkse ontbijt is geserveerd. Grappig want nog geen week geleden at ik niets en nu twee ontbijtjes op één ochtend. Midden op de tafel staat een bakje jam. We herkennen de jam. Het is moerbeienjam. Daar gaat mijn woord over. Over dat kleine bakje zoete moerbeien jam

f20e8f4d-7a0e-4547-ad22-ad0a6a9faba5

De moerbeiboom wordt naar mijn weten in de Bijbel maar op een stuk of zes plaatsen genoemd, toch is het en hele bijzondere boom met een speciale functie. Amos was van beroep moerbeikweker, volgens Amos 7, vers 14: “Ik ben geen profeet en geen profetenzoon, maar een veehouder en moerbeikweker.” Wat is er zo speciaal aan die boom?

We wilde de kinderen een keer de Bijbelse stad Efeze laten zien. Ons favoriete vakantie plek aan de middellandse zee ligt toch echt in Turkey. We zijn er al 3 keer geweest.  Het was maar 1 uurtje en een kwartier rijden. De reistijden kunnen nog wel eens verschillen met de werkelijkheid. Drie uur later stappen we opgelucht uit een bus die toch wel lekkerder aan had gevoeld als de airco het zou gedaan hebben. 

Ik heb de stad al eens bezocht en weet een beetje hoe het eruit ziet. Maar er is al weer veel veranderd na mijn laatste bezoek. De entree naar de stad toe doet denken aan een groot attractiepark. Kom maar op met die ruïnes ik ben er klaar voor. We lopen achter de gids aan naar een hoek van een plein. Tijdens zijn uitleg vraag ik me af waarom we nu juist hier zijn gaan staan in de volle zon. Als ik de plek rondkijk zie een prachtige grote boom staan. Ik ga er heen. Ik sta daar als een gebraden kippetje te bakken in de zon gevangen in een natuurlijke oven van wit marmer. Als ik de boom bekijk als ik eronder sta zie ik dat hij dezelfde vruchtjes heb als ik s ochtends in  mijn yoghurt schep in het hotel. Het zijn moerbeien.  Als we de stad na 2 uur helemaal bekeken hebben, blijft de boom toch het hoogte punt van alles wat ik bekeken heb.

In de bus ga ik opzoek op het internet over de moerbei. 

We onderscheiden twee soorten moerbeibomen: de witte moerbei (Morus Alba) en de zwarte moerbei (Morus Nigra). 

De tere vruchten van de moerbei zijn moeilijk te oogsten. Ze lijken sterk op frambozen, smaken zoetzuur en zijn zeer kort houdbaar. 

Het is niet een boom die uitnodigt om er een moerbeigaard van aan te leggen voor de productie van moerbeivruchten.
Al met al is er dus van de moerbeiboom zelf niet zoveel bijzonders te vertellen of misschien toch wel? Er is namelijk toch iets heel speciaals met deze boom aan de hand. Al sinds mensenheugenis worden namelijk op de moerbeiboom zijderupsen (Bombix Mori) gekweekt. De zachte bladeren zijn het enige voedsel dat de rups eet en waarop hij groeit. De naam zegt het al: van deze rups komt de zijde. 

Zijden kleding voor een koninklijk volk
In Ezechiël 16 gaat het over het herstel van het volk Israël. Ontroerend mooi beschreven hoe de Heere God in Zijn liefde omziet naar een baby die na de geboorte niet gewassen en in doeken gewikkeld werd, maar weggegooid op het open veld (vs. 5).
Vers 9: “Daarna waste Ik u met water, spoelde uw bloed van u af en zalfde u met olie. Ik trok u kleurrijke geborduurde kleding aan, schoeide u met zeekoeien huiden, omwikkelde u met fijn linnen en bedekte u met zijde.”
Vers 13: “Zo werd u getooid met goud en zilver, Uw kleding was van fijn linnen en zijde, en voorzien van kleurrijk borduurwerk. Meelbloem, honing en olie at u. U werd buitengewoon mooi en werd geschikt voor het koningschap.”
Dat laatste, daar gaat het om. Israël wordt een volk van koningen en priesters, ook volgens Openbaring 1, vers 6: “…en Die ons gemaakt heeft tot koningen en priesters voor God en Zijn Vader.” En deze koningen en priesters worden dan overkleed met zijde, want dat is koninklijke kleding. En de Heere God voorzag daarom in een zijderups die schitterende, glanzende zijde kan maken voor dit doel. En die heel unieke rups kan uitsluitend leven op de moerbeiboom die de Heere God speciaal voor dit doel heeft geschapen. 

De zwarte of de witte moerbei?
Als we spreken van de wijsheid van de Heere God wordt dat in de Bijbel in bijvoorbeeld Efeze 3:10 uitgedrukt als de ‘veelkleurige of veelvuldige wijsheid van God’. In het Grieks staat hier: polupoikilos. Dit woord komt alleen hier voor en betekent: Oneindige diversiteit.
De wijsheid van de Heere God is inderdaad van een oneindige verscheidenheid, daarom is de vertaling als ‘veelkleurig’ (NBG-’51 vert.) ook treffend gekozen want er zijn oneindig veel tinten en kleuren. En als we alle kleuren van de regenboog samenvoegen en mengen ontstaat de kleur wit. Echter, als we alle kleuren weghalen, ontstaat zwart. 
Zwart en wit behoren daarom niet bij de reeks kleuren zoals: rood-oranje-geel-groen-blauw-violet, enz. Het is dus vanzelfsprekend dat de zijderups uitsluitend op de witte moerbei wil en kan leven. Hij produceert immers zijde, een koninklijke stof voor een koninklijk volk van een kleurrijke God. Wit staat voor zuiverheid en oprechtheid, en zwart voor duisternis en angst.
1 Johannes 1:5 “God is licht en in Hem is in het geheel geen duisternis.”
Kolossenzen 1:13: “Hij heeft ons getrokken uit de macht van de duisternis en overgezet in het Koninkrijk van de Zoon van Zijn liefde.”

De zijderups
Een zijderups is eigenlijk een supersnelle vreetmachine die met veel poten op de aarde rondkruipt en uitsluitend vreet, vreet, en nog eens vreet. Na vier keer vervellen in ongeveer 28 dagen komt er een verandering in zijn uiterlijk, maar hij eet nog een week door en dan stopt de zijderups met zijn aardse rupsenbestaan en gaat zich inspinnen in een hermetisch gesloten cocon met behulp van een zelfgeproduceerde draad. Die cocon is water- en luchtdicht en hoe alles precies van binnen in zijn werk gaat weten we niet. Wat we wel weten is dat de rups de cocon om zich heen bouwt.
Er vindt binnenin een totale gedaanteverwisseling plaats en we hebben geen idee hoe het precies gaat.
Wat we ook (denken te) weten is dat na het spinnen van de cocon het restant van het rupsenlichaam in de cocon helemaal oplost tot een vloeistof en dat dan uit die vloeistof een compleet nieuw wezen groeit, een vlinder. Deze vlinder produceert op een gegeven moment een zuur waardoor de coconwand oplost en hij of zij naar buiten kruipt.
Er is bij een vergelijking niets gemeenschappelijks meer te ontdekken tussen de rups en de vlinder. Het is de meest ultieme metamorfose die we ons kunnen voorstellen.
Het is voor de mens ook een prachtig voorbeeld van ‘wedergeboorte’ en ‘tot geloof komen’.
2 Korinthe 5, vers 17: “Daarom, als iemand in Christus is, is hij een nieuwe schepping, het oude is voorbij gegaan, zie, alles is nieuw geworden.”

De rups is een sprekend voorbeeld van de oude, zondige mens die op niets ontziende wijze de aarde ‘opvreet’ en geen vrucht kan dragen (“Want de schepping is aan de vruchteloosheid onderworpen…” NBG-’51 vert.). Dat klopt, want de rups is man noch vrouw en kan geen nageslacht voortbrengen.
De vlinder is het beeld van de nieuwe schepping in Christus en die zoekt de dingen die boven zijn, waar Christus is. De vlinder kan wel nageslacht voortbrengen.
Gelovigen begrijpen wel waartoe de Heere God op deze manier werkt. Op deze manier laat Hij aan de mens zien wat er allemaal gebeurt als hij of zij van harte in de Christus gaat geloven. Dan gaat er heel wat veranderen. Het heeft een hele nieuwe manier van denken tot gevolg (Efe. 4:23) en de prioriteiten van het leven veranderen totaal volgens Efeze 4:31 en 32.
Maar biologen en wetenschappers begrijpen hier niets van, want dit heeft niets met de evolutietheorie te maken, het is niet logisch en niet verklaarbaar. Er is volgens hen, biologisch gesproken, geen enkele noodzaak waarom een vlinder op deze manier geboren moet worden. De mooiste en kleurrijkste vogels kruipen immers gewoon (?) uit een ei.

De proef op de som
Wetenschappers, in dat opzicht verblind in hun denken, onderzoeken of de vlinder op de één of andere manier nog ‘weet heeft’ aan zijn verleden als rups. Men heeft dit getest door een vlinder te confronteren met de geur van de rups die hij eerst was. De vlinder reageerde daar wel degelijk op … en nam afstand van die geur! Hij trok zich terug en ging de andere kant op.
We kunnen dit zien als een bevestiging van wat we lezen in 2 Korinthe 2, vers 15: “Want wij zijn voor God een aangename geur van Christus, onder hen die zalig worden en onder hen die verloren gaan; voor de laatsten een doodsgeur die leidt tot de dood…”
Zo worden gelovigen ook geacht zich te distantiëren van het oude leven, want we zijn een nieuwe schepping en houden ons niet meer bezig met onze oude praktijken. We zijn immers hemelburgers geworden, volgens Filippenzen 3:20.
Wetenschappers reageren anders en komen tot de conclusie dat er ergens toch een soort herinnering moet zijn bij de vlinder, want hij reageert wel degelijk.

Het leven van de zijderups
Het lichaamsgewicht van de rups komt binnen 35 dagen wel op 7.000 keer zijn geboortegewicht, d.w.z. het gewicht dat hij had nadat hij uit zijn ei gekropen is. Deze rups is noch man noch vrouw en kan dus ook geen vrucht dragen. Het enige wat hij doet is vreten, vierentwintig uur per dag, zijn leven lang. Hij is met 16 poten met de aarde verbonden. Hij vervelt vier keer en na de laatste vervelling is zijn uiterlijk wat veranderd.
Op een gegeven moment houdt hij op met vreten en spint vaak tussen twee takken een soort netje van waaruit hij dan een cocon om zichzelf gaat spinnen.
Dat op zichzelf is al een uniek proces. Probeer het je maar voor te stellen dat je om jezelf heen een volkomen water- en luchtdichte cocon gaat spinnen. Er zijn meer rupsen die een coconachtig ding bouwen, maar niet één met behulp van een prachtige, glanzende draad die later afgewikkeld kan worden. 
De mens heeft al 5500 jaar geleden ontdekt dat je deze draad weer kunt afwikkelen en dat je daarmee vervolgens stoffen kunt weven van koninklijke allure: natuurzijde! Voor een echte, zijden stropdas zijn bijvoorbeeld 110 cocons nodig en voor een kimono moeten 3000 rupsen hun best doen, die daarvoor maar liefst 55 kilo bladeren verorberen. Maar dan, als deze zijden kimono gereed is, is het werkelijk een koninklijk gewaad!

De mens grijpt mis
Als de cocon helemaal af is en als alles intern tot rust is gekomen, plukt de mens de cocon om hem in een hete, olieachtige vloeistof te gooien. De draad kan nu worden afgewikkeld en dat wordt opgestart met de hand en daarna neemt een wikkelmachine het over.
Het leven binnenin is gestorven en de restanten worden verkocht als voer voor vogels en reptielen. De zijden draad van één cocon kan wel 1500 tot 2000 meter lang worden. De eerste 500 meter is matig van kwaliteit; de volgende 1000 meter is prima en de laatste 500 meter wordt het weer minder. Het lijkt wel of dit diertje het eerst moet leren en het na 500 meter onder de knie heeft, maar na de volgende 1000 meter weer moe wordt en het verder laat afweten.

De zijden draad
De rups produceert een dubbele draad natuurzijde en die komen uit klieren naast zijn bek aan de voorkant. De beide draden zijn driehoekig van doorsnede en zijn met behulp van een doorzichtige kleefstof met elkaar verbonden. De speciale glans die zijde heeft, ontstaat doordat de doorsnede van de zijden draad niet rond is, maar driehoekig. Door deze unieke eigenschap werkt deze draad als een prisma die de erop vallende zonnestralen breken tot een prachtige veelkleurige glans; alle kleuren van de regenboog verschijnen in precies de goeie volgorde. 

Dit is een unieke eigenschap van natuurzijde en de mens heeft van alles geprobeerd om dit na te bootsen, maar faalde daarin. 
Door de eeuwen heen waren het alleen de zeer welgestelden die zich de echte natuurzijde konden permitteren. Maar in de toekomst gaat iedereen van het huis van Israël in deze zijde gekleed, omdat het -zoals gezegd- een volk van koningen en priesters is. Het werd al in Exodus 19:6 geprofeteerd: “U dan, u zult voor Mij een koninkrijk van priesters en een heilig volk zijn.”
De bevestiging lezen we in Openbaring 5, vers 10: “En U hebt ons voor onze God gemaakt tot koningen en priesters, en wij zullen als koningen regeren over de aarde.”

Maar elke rups wordt toch een vlinder?
Inderdaad, en zo kan ieder mens zien hoe een levend wezen totaal veranderd kan worden door van harte in Christus te gaan geloven.
De rups die uitsluitend vreet, en zich met veel poten aan deze aarde vasthoudt, is toch een sprekend beeld van de oude mens die Gods doel volkomen mist. Die mens is in een razend tempo en op een niets ontziende wijze bezig de aarde kaal te vreten. Wordt deze mens opnieuw (lees ‘van boven’) geboren, zoals de Bijbel dat noemt in Johannes 3:3, doordat hij tot geloof komt en in onze grote Verlosser en Zaligmaker Jezus Christus gaat geloven, dan is hij een vlinder geworden.
Die oude mens (rups) is met Christus gestorven (in de cocon) en opgewekt (vlinder) zoals in Romeinen 6:4 staat en gaat zich vervolgens ook met hemelse zaken bezig houden, volgens Kolossenzen 3:1. Hij dartelt met zijn schitterende kleuren in het zonlicht van de ene bloem naar de andere.

Is het verhaal van de wedergeboorte van rups naar vlinder spectaculair, het verhaal van de zijderups wijkt hier toch behoorlijk van af. Want als de zijderups zijn zijden doodskistje maakt om er als rups te sterven en de mens zou dit proces zijn gang laten gaan, dan komt er wel degelijk een vlinder uit, maar het is geen kleurrijk exemplaar dat van bloem naar bloem vliegt. Hij ziet er een beetje grauwbruin uit en kan niet vliegen, hoewel hij wel vier vleugels heeft.
Het is treffend dat nou net deze vlinder niet kan vliegen. De Schepper denkt steeds aan alle details. De zijdevlinder is er immers toe geschapen om zijde te produceren voor een volk van koningen en priesters en dat is een aards volk met een aardse toekomst. Die vlinder eet ook helemaal niet meer, maar drinkt zo nu en dan een beetje. Het enige wat zij doet, is voor nageslacht zorgen en 300 tot 500 eitjes leggen, en dan sterft zij, binnen ongeveer zeven dagen. Ze draagt vrucht en zorgt voor nageslacht.
De vlinder gebruikt zijn vier vleugels wel voor een prachtig paringsritueel; ze hebben wel degelijk een functie dus.
Uniek toch dat deze speciale vlinder niet kan vliegen, maar typologisch klopt het dus precies. Alle andere vlinders kunnen wel vliegen na hun wedergeboorte, maar deze niet.
En daar is dus maar één reden voor: Dit dier heeft God bedoelt als hofleverancier voor koninklijke gewaden voor Zijn volk Israël.
De witte moerbei zorgt in zijn onwetendheid voor voedsel voor dit schitterende fenomeen en is speciaal door de Heere God voor dit doel geschapen.

Bloed?
Er is nog iets bijzonders aan de hand met de moerbeiboom. De zijderupskwekers willen natuurlijk in het voorjaar graag dat de moerbeiboom weer flink gaat groeien. Dat komt de zijdeproductie (en zijn portemonnee) zeer ten goede. Daarom halen ze in het voorjaar een emmer bloed uit het abattoir dat ze bij de boom gooien om de boom weer snel in conditie te krijgen. Dat is curieus toch? Dat had ik nooit kunnen bedenken, toch is dit van oudsher bekend. Bloed, dat zo’n cruciale rol speelt in Gods heilsplan: zonder bloedstorting immers is er geen vergeving, volgens Hebreeën 9:22.
Hier volgen nog een paar Bijbelteksten die spreken over de functie van bloed:

Efeze 1:7 “In Hem hebben wij de verlossing, door Zijn bloed, namelijk de vergeving van de overtredingen, overeenkomstig de rijkdom van Zijn genade.”

Efeze 2:13 “Maar nu, in Christus Jezus, bent u, die voorheen veraf was, door het bloed van Christus dichtbij gekomen.”

Kolossenzen 1:19-20 “Want het heeft de Vader behaagd dat in Hem heel de volheid wonen zou, en dat Hij door Hem alle dingen met Zichzelf verzoenen zou, door vrede te maken door het bloed van Zijn kruis, ja door Hem, die zowel de dingen die op de aarde zijn als de dingen die in de hemelen zijn.”

Als je geen Bijbel hebt zijn de Goddelijk verlossingsprincipes dus al eeuwenlang glashelder in de schepping te herkennen voor wie daar oog voor heeft. Zo zien we in de natuur Gods werk uitvoerig en veelvuldig terug.
En dat dat werkt in de praktijk bleek jaren geleden o.a. uit een artikel in het blad ‘Grasduinen’, waar een bioloog zich afvroeg waarom de vlinder zo’n onvoorstelbare, complexe weg moest gaan om via die grote metamorfose van rups naar vlinder te komen. Biologisch gezien, vond hij, was daar geen enkele noodzaak toe, of het zou zo moeten zijn dat het een ‘beeld van de wedergeboorte’ zou moeten zijn. Daarmee sloeg hij de spijker precies op de kop!

De getallen spreken voor zich
Vier is het getal van de aarde, met zijn vier windsteken en vier seizoenen.
Zes is het getal van de aardse mens die op de zesde dag geschapen werd.
Zeven is het getal van de Goddelijke volkomenheid in de schepping.
Het leven van de zijderups kent vier stadia:
1- ei
2- rups, die vier keer gaat verpoppen
3- cocon
4- vlinder
Als de rups uit het eitje kruipt, gaat het gelijk 24 uur per dag vreten, maar uitsluitend van de witte moerbei bladeren. Na vier dagen stopt ze en neemt even rust en gaat de eerste keer vervellen.
De zijderups heeft 4 x 4 poten en vervelt/verpopt zich 4 keer.
Na 28 dagen (4 x 7) begint de verandering, na de laatste keer vervellen. Het gemiddelde lichaamsgewicht van de rups neemt in die tijd wel 7000 keer toe. Dan gaat de rups zich inkapselen en dat duurt ongeveer een halve week en uiteindelijk wordt het volkomen stil in de cocon en dat duurt ‘drie dagen en drie nachten’ (waar kennen we dat van?).
Daarna is er weer activiteit in de cocon en na totaal ongeveer 14 dagen kruipt er een vlinder naar buiten. Een totale levenscyclus duurt dus zo’n 49 dagen (7 x 7). 
De rups en de vlinder hebben niets gemeenschappelijks. De zijdevlinder heeft vier vleugels en zes poten, maar kan niet vliegen en blijft verbonden met de aarde, omdat het een beeld is van het aardse volk Israël en dat heeft een aardse bestemming. Het wordt een volk van koningen en priesters, en gaan dan allemaal gekleed in zijde. Maar de vleugels van de zijdevlinder hebben wel degelijk een functie. Ze worden gebruikt voor een ingewikkelde rituele dans die uiteindelijk leidt tot de bevruchting van een vrouwtjesvlinder door een mannetje.
Ze vinden elkaar en uit dit huwelijk komen dan wel 500 eitjes voort, voordat ze sterft. Nadat de vlinder uit de cocon kruipt, leeft ze gemiddeld nog zeven dagen.
De Goddelijke vingerafdruk is duidelijk in de getallen te herkennen in deze schitterende levenscyclus die leidt tot koninklijke gewaden voor het koninklijke volk Israël!

In de bijbel komt regelmatig deze moerbeiboom voor. Het bijzondere aan deze boom is dat God hem zo gemaakt heeft dat alleen zijderupsen de blaadjes eten van de boom. De rups spint daar een cocon van fijn zijde van. Als je de cocon afwikkeld kun je er fijn zijde van maken en stoffen weven van koninklijke allure. De bijbel zegt dat jij voor God gemaakt bent om over deze aarde te regeren als een koning. (Opb 5 vers 10). Ik wil je aanmoedigen te regeren, uit te stappen en zijn Koninkrijk zichtbaar toelaten worden 

Kolozenzen 3 :12-15 

Omdat God u heeft uitgekozen, omdat u zijn heiligen bent en Hij u liefheeft, moet u zich kleden in innig medeleven, in goedheid, nederigheid, zachtmoedigheid en geduld. En bovenal, kleed u in de liefde, dat is de band die u tot een volmaakte eenheid maakt. 

Ik geloof God jullie vandaag in het fijnste linnen wil kleden. Hij wil je vandaag kleden, bedekken omringen. Laat een ieder naar voren komen die anders dringt. Laat een ieder naar voren komen die bekleedt wil worden als koning en priester.  Regeer en Dien. 

Foto’s